Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-05: Tijdelijke nabijheidsprincipe
Definitie
...
Boeken:
- Multimedia Learning, Richard E. Mayer
- The Cambridge Handbook of Multimedia Learning, Richard E Mayer
Zie ook:
CTML-principes van Richard E. Mayer
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-01: Coherentieprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-02: Signaleringsprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-03: Overtolligheidsprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-04: Ruimtelijk nabijheidsprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-06: Segmenting principe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-07: Pre-training principe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-08: Modaliteitsprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-09: Multimediaprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-10: Personaliseringsprincipes
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-11: Stemprincipe
- Richard E. Mayer's Cognitieve theorie multimediaal leerprincipe-12: Beeldprincipe
Alias: ...
Tijdelijke nabijheid
Datzelfde wat geldt voor ruimte, geldt ook voor tijd. Ook de tijd tussen het aangeboden beeld en de bijbehorende tekst, of delen van beide, moet zo klein mogelijk zijn.
Bron: Effectief leren - de docent als regisseur, Michel van Ast, Otto de Loor & Lambrecht Spijkerboer
Tijdelijke nabijheid
Dit nabijheidsprincipe geldt ook voor de tijdspanne waarin je informa-tie aanbiedt. Dit noemen we tijdelijke nabijheid (temporal contiguity). Bespreek dus een bepaalde vegetatievorm in de les aardrijkskunde ‘ter-wijl’ je de bijhorende afbeeldingen toont, en niet door eerst te vertellen en daarna pas de afbeeldingen te tonen of vice versa.
Bron: Wijze lessen - 12 bouwstenen voor effectieve didactiek, Tim Surma (e.a.)
Het temporal continguity principe
Principe dat nauw samenhangt met het principe van spatial continguity en stelt dat studenten beter leren wanneer corresponderende woorden (tekst) en beelden simultaan en niet opeenvolgend worden aangeboden.
Door het tegelijkertijd aanbieden van de verschillende representaties wordt het werkgeheugen minder belast en kunnen sneller relaties worden gelegd tussen de verschillende representaties. Daardoor bouwt men efficiëntere mentale modellen.
Het scheiden van de verbale en auditieve informatie in tijd doet de kans op het optimaal ontwikkelen van zulke mentale modellen kleiner worden. Dit principe geldt ook voor gedrukt materialen. Elke lezer herkent bijvoorbeeld het probleem om snel iets te begrijpen bij heen en weer bladeren tussen de tekst en een afbeelding die op een andere bladzijde is afgedrukt.
Bron: Digitaal leren - ICT-toepassingen in het hoger onderwijs, Ivan D'Haese & Martin Valcke (Red.)
Het 'temporal contiguity'-principe
Dit principe schuift naar voren dat lerenden effectiever en sneller kennis verwerken wan-neer tekst en grafische elementen simultaan en niet na elkaar worden aangeboden. Dit is vooral belangrijk bij elektronische leermaterialen in bijvoorbeeld een onlineomgeving, of via een tablet.
Bron: Onderwijskunde als ontwerpwetenschap - van leren naar instructie, Martin Valcke
Tijdelijke nabijheidsprincipe (Temporal Contiguity Principle)
Cursisten leren beter wanneer corresponderende woorden en beelden tegelijkertijd worden weergegeven in plaats van na elkaar.
Synchroniseer gesproken woorden met de bijhorende grafische elementen zodat die gelijktijdig worden afgespeeld.
Bron: http://www.digitaledidactiek.be/modules/2-ontwerp/uitdieping/mayer/tijdelijke-nabijheid/
Het nabijheidsprincipe (in tijd)
En dit geldt ook voor tijd. Het is handiger om de plaatjes over het ontstaan van onweer te zien als een stem het uitlegt, inplaats van eerst de plaatjes te zien en daarna pas de uitleg (of andersom). Dit verklaart het succes van animatie- en andere instructie-videos.