Competentie
Definitie
...
Alias: ...
Competenties nader gedefinieerd
In dit hoofdstuk wordt een competentie gedefinieerd als 'een cluster van vaardigheden, attitudes en onderliggende kenniselementen, dat iemand in staat stelt om die taken te verrichten die een belangrijk bestanddeel uitmaken van een functie, rol of verantwoordelijkheid' (naar Parry, 1998). Deze functies, rollen en/of verantwoordelijkheden kunnen direct zijn afgeleid uit de beroepspraktijk (en leiden tot beroepsspecifieke competenties), maar kunnen ook vanuit maatschappelijke of als academische eisen worden geformuleerd (en leiden tot meer algemene competenties, bijvoorbeeld burgerschapscompetenties).
Anders geformuleerd: een competentie betreft het vermogen om op basis van aanwezige kennis, vaardigheden en houdingen adequaat te handelen in beroepssituaties, dit met inbegrip van het vermogen om keuzes en beslissingen die tijdens het handelen gemaakt worden, te kunnen verantwoorden en erop te kunnen reflecteren.
Uit deze omschrijving van competenties wordt een aantal consequenties (voor de opleidingspraktijk) zichtbaar:
- Kennis, vaardigheden en attituden zijn voorwaardelijke elementen van een competentie en zijn geïntegreerd.
- Een competentie vormt een complex geheel van kennis, vaardigheden en attitudes, normen en waarden, rolopvattingen en subjectieve concepten; het is een netwerk van elementen.
- Competenties leid je (achteraf) af uit waarneembaar gedrag, uit de verantwoording die betrokkene geeft van zijn gedrag en uit de reflectie op dat gedrag.
Mensen zijn in meerdere of mindere mate competent, in meer of minder beroepssituaties. Hun competentie bestaat uit meerdere aspecten, die correleren met een enkele of meerdere situaties in de handelingspraktijk.
Bron: Begeleiden van groepen - groepsdynamica in praktijk, Jan Remmerswaal
Werken aan competenties
Het woord 'competent' betekent letterlijk: 'bekwaam'. We vinden iemand bekwaam functioneren als hij in een beroepssituatie blijkt te beschikken over de benodigde kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen en weet deze toe te passen in diverse situaties.
Het woord 'competentie' (als zelfstandig naamwoord) is weer een ander woord. Wat bedoelen we hier precies met dit begrip? Een competentie kan twee betekenissen hebben, die dicht bij elkaar liggen.
(a) Een vermogen dat iemand nodig heeft om te handelen in zijn beroep of functie. Dit vermogen is een persoonlijke kwaliteit van de persoon, die hij heeft ontwikkeld en aanwendt in zijn/haar beroepsmatige functioneren. Vermogens ontwikkelen is een langetermijnontwikkelingsproces, en dit ontwikkelen begint nooit bij een nulpunt. Het vermogen is aanwezig, maar heeft de nodige voeding en communicatie nodig om tot wasdom te komen.
Voorbeelden: communicatief vermogen, reflectief vermogen, technisch inzicht, analytisch denkvermogen.
(b) Een brede vaardigheid (of een set van vaardigheden) die iemand heeft aangeleerd en zich heeft eigen gemaakt, ten behoeve van zijn/haar werk. Voor het ontwikkelen van vaardigheden kan een kortetermijnleerproces afdoende zijn. Natuurlijk hangen de duur en intensiteit samen met de complexiteit van de vaardigheid en de beginsituatie van de lerende.
Voorbeelden: ontwerpen, relatiebeheer, assessments doen. Kortom: vermogens kun je ontwikkelen, vaardigheden kun je aanleren.
Vermogens kun je tevens zien als de 'onderstroom' van de vaardigheden. Voor het leren van vaardigheden zijn vermogens een voorwaarde.
Bron: Praktijkgericht opleiden - al doende leren in de beroepspraktijk, Jan Willem van den Boogert
De competentie van een individu bestaat uit vijf onderling afhankelijke elementen:
-
Expliciete kennis: kennis van feiten. Expliciete kennis wordt voornamelijk verworven door informatie, vaak in de vorm van officiële opleiding en onderwijs.
-
Vaardigheid: kunst van het 'weten hoe'. Betreft praktische bekwaamheid - fysiek en mentaal - en wordt hoofdzakelijk verworven door training en praktijkervaring. Het omvat kennis van procedurele regels en communicatieve vaardigheden.
-
Ervaring: ervaring wordt vooral verkregen door bezinning op fouten en successen in het verleden.
-
Waardeoordelen: percepties van wat het individu juist vindt. Waardeoordelen fungeren als bewuste en onbewuste filters voor elk kenproces van het individu.
-
Sociaal netwerk: het sociale netwerk bestaat uit de relaties van het individu met anderen in een omgeving en een cultuur die via tradities overgedragen wordt.
(...)
Een definitie van kennis
[I]k definieer kennis als het vermogen om te handelen. ... Aan het vermogen te handelen ligt altijd een kenproces ten grondslag. Met andere woorden, het is situatiegebonden. Kennis kan niet gescheiden worden van de context. Het idee impliceert ook een teleologisch doel. Ik ben van menig dat het menselijk kenproces door de natuur ontworpen is om ons te helpen overleven in een vaak vijandige omgeving.
De 'handeling' uit de definitie kan heel praktisch zijn, bijvoorbeeld houthakken en wandelen, of juist intellectueel, bijvoorbeeld praten en analyseren. ... [H]et woord dat de aspecten van praktische kennis het best weergeeft is competentie.
Bron: Kennis als bedrijfskapitaal, Karl Erik Sveiby