Cognitivisme
Definitie
...
Alias: ...
Cognitivisme
Vanaf de jaren 30 komt deze nieuwe stroming op. Hierbij gaat het over wat er in de hersens af speelt, waarbij het vooral gaat over de manier van denken achter de handeling. Het hoofd van een leerling wordt gezien als een ‘Black Box’, die gevuld kan worden met kennis. Het gaat daarbij ook om het begrijpen wat er in die Black Box gebeurt. Dit ging in tegen de gedachte van het behaviorisme, waarbij de gedachten van de lerende geen rol spelen.
Er zijn ook nu nog veel voorbeelden van cognitivisme te zien in het onderwijs. Met name het stellen van vragen om het denken te bevorderen past hierbij, maar ook het concept van voortbouwen op voorkennis. Ook het geven van feedback op hoe er geleerd wordt past bij het cognitivisme.
Bron: Deze leertheorieën moet je kennen, Michiel Lucassen
Leren als informatieverwerking: Cognitivisme
Met het cognitivisme verschuift de aandacht van het uiterlijke gedrag naar het innerlijke denkproces. Dat denkproces vat men op als een proces van informatieverwerking: de mens als computer, met functies voor het opnemen van informatie en voor de opslag, verwerking en presentatie ervan. Leren is in deze opvatting het representeren van de werkelijkheid. Door te representeren leren we de wereld begrijpen, en hoe beter we dat kunnen, hoe beter we in de wereld kunnen handelen. Reigeluth (1987) en Gagné, Briggs en Wager (1992) zijn belangrijke vertegenwoordigers van deze stroming. Mede onder invloed van hun denken ontstaan didactische modellen en taxonomieën. Taxonomieën brengen een onderscheid aan tussen kennis, vaardigheden en attituden. Het cognitivisme heeft geleid tot een sterke scheiding tussen denken en doen, een 'kloof' tussen theorie (opleiding) en praktijk, met het `transferprobleem' als gevolg.
Bron: Handboek human resource development: Organiseren van het leren, geredigeerd door J. Kessels
Behaviorisme benadrukt dat:
- leren alleen betrekking heeft op waarneembaar gedrag;
- we gedrag alleen kunnen onderzoeken door directe observatie van dit waarneembaar gedrag.
Cognitivisme stelt daar tegenover dat:
- naast het observeerbare gedrag ook het mentale gedrag, de inzichten, de interne beelden (Gestalten) van belang zijn;
- we methodologisch verder kunnen gaan dan de observatie van uiterlijk waarneembaar gedrag, bijvoorbeeld introspectie (o.a. door de methode van het luidop denken) en het indirect afleiden (inferencing) van conclusies uit gedrag over veronderstelde interne processen.
Bron: Onderwijskunde als ontwerpwetenschap - van leren naar instructie, Martin Valcke