Denise Hulst beschrijft in het boek Een volle agenda, maar nooit druk - Benedictijns timemanagement hoe haastige spoed niet altijd ten goede komt aan de snelheid, oftewel: 'de Paradox van de versnelling':
De Paradox van de versnelling
Toen Tijl Uilenspiegel met zijn knapzak te voet naar de volgende stad trok, werd hij door een snel rijdende koets ingehaald. De koetsier, die erg veel haast scheen te hebben riep. 'Hoe ver is het tot de volgende stad?' 'Als u langzaam rijd een half uur, als u snel rijdt twee uur, meneer!' antwoordde Tijl Uilenspiegel.
'Dwaas!' schold de koetsier. Hij greep zijn zweep en zette de paarden nog eens extra aan waardoor de koets met hoge snelheid verder reed. Tijl Uilenspiegel vervolgde zijn weg. Er zaten veel gaten en kuilen in het wegdek. Een uur later trof hij een koets aan die blijkbaar met schade in een greppel langs de weg lag. De koetsier was vloekend en tierend bezig de gebroken as te repareren. De koetsier keek Tijl Uilenspiegel verwijtend aan waarop deze slechts opmerkte: 'Ik zei u toch: als u langzaam rijdt een half uur...'
Bron: Een volle agenda, maar nooit druk - Benedictijns timemanagement, Denise Hulst