Binnen Lean (Six Sigma) gaat het in essentie om het verbeteren van proces gericht op het maximaliseren van de waarde voor de klant.
Toegevoegde waarde wordt bepaald door de klant en wil een proces stap waarde toevoegen voor de klant dan moet deze voldoen aan drie criteria:
-
Is de klant bereid voor een processtap te betalen?
-
Wordt de processtap in 1 keer goed uitgevoerd?
-
Transformeert de processtap het product of de dienst?
Hét criterium is of de klant voor een processtap wil betalen of niet. Bij analyse blijkt vaak dat er veel stappen zijn die voor de klant geen waarde toevoegen en waarvoor hij niet wil betalen ('Non-Value Add'-stappen). Deze stappen zijn niet altijd te verwijderen, omdat sommige stappen - op grond van wetgeving of certificerende instanties - verplicht zijn (Necessary but non-value added; NNVA) of anderszins nodig zijn om het product of de dienst te kunnen leveren (Value-Enabling).
Value Stream Mapping wordt binnen Lean Six Sigma gebruikt om alle activiteiten die binnen een proces nodig zijn - dus zowel de waardetoevoegende als niet-waarde toevoegende activiteiten - in kaart te brengen. Op basis van een VSM kun je vervolgens analyseren welke processtappen al dan niet waarde toevoegen voor de klant. Deze analyse wordt waarde-analyse genoemd (ook wel: Value added/Non-Value added (VA/NVA)-analyse).
Op grond van de VA/NVA-analyse kan de doorlooptijd als volgt worden opgedeeld:
Binnen Lean wordt de efficiency van een proces uitgedrukt in termen van een percentage, de zogenaamde Process Cycle Efficicency (PCE). De PCE geeft aan welk deel van de procesdoorlooptijd daadwerkelijk waarde toevoegt voor de klant.