Hans de Bruijn geeft in zijn boek Prestatiemeting in de publieke sector - tussen professie en verantwoording vier belangrijkste functies van prestatiemeting:
-
Transparantie: prestatiemeting leidt tot transparantie en kan zo een rol spelen in verantwoordingsprocessen. Een organisatie kan duidelijk maken welke producten zij levert en - door middel van een input-output-analyse - welke kosten hieraan verbonden zijn.
-
Leren: het is een stap verder wanneer een organisatie prestatiemeting gebruikt om te leren. Dankzij de transparantie die ontstaat, kan een organisatie leren wat ze goed doet en waar verbeteringen mogelijk zijn.
-
Oordelen: op grond van de prestaties is een oordeel mogelijk over het functioneren van een organisatie.
-
Afrekenen: oordeelsvorming kan worden gevolgd door een positieve sanctie bij goed presteren of door een negatieve sanctie, wanneer een onvoldoende prestatie geleverd is.
Deze functies kennen een opklimmende mate van dwang. Voor elk van deze functies geldt dat ze op een organisatie betrekking kunnen hebben, maar ook een vergelijking - een benchmark - tussen organisaties mogelijk maken.
Bron: Prestatiemeting in de publieke sector - tussen professie en verantwoording, Hans de Bruijn