Business model-goeroe Alexander Osterwalder definieert en business model als het model dat de grondgedachte beschrijft van hoe een organisatie waarde creëert, levert en behoud. Het business model is als een blauwdruk voor een strategie die geïmplementeerd gaat worden door organisatiestructuren, processen en systemen.
Een business is te beschrijven aan de hand van 9 bouwstenen die tezamen de logica laten zien van hoe een bedrijf geld wil verdienen:
-
Klantsegmenten (Customer segments): een organisatie bedient een of meerdere klantsegmenten. De bouwsteen klantsegmenten definieert de verschillende groepen mensen of organisaties waarvoor een organisatie waarde wil creëeren. Door klanten te groeperen - bijv. op gemeenschappelijke behoeften of gedragingnen - in segmenten is het makkelijker in te spelen op de verschillende behoeften van specifieke klanten
-
Waardeproposities (Value propositions): een organisatie streeft ernaar problemen van klanten op te lossen en in klantbehoeften te voorzien met waardeproposities. De bouwsteen waardepropositie beschrijft de bundel van producten en diensten die waarde creëert voor een specifiek klantsegment. De waardepropositie is de reden dat klanten de ene organisatie boven de andere verkiezen. Zij lost een klantprobleem op of voorziet in een klantbehoefte.
-
Kanalen (Distribution channels): waardeproposities worden aan klanten geleverd via communicatie-, distributie- en verkoopkanalen. De bouwsteen beschrijft hoe een organisatie met zijn klantsegmenten communiceert en ze bereikt om een waardepropositie te leveren.
-
Klantrelaties (Customer relationships): klantrelaties worden opgebouwd en onderhouden met elk klantsegment. Klantrelaties worden opgebouwd en onderhouden met elk klantsegment. Deze bouwsteen beschrijft de soorten relaties die een bedrijf aangaat met specifieke klantsegmenten. Klantrelaties kunnen worden aangestuurd door de volgende motivaties: (a) acquisitie, (b) klantretentie, klantbehoud, en (c) verkoop stimuleren (upselling), vergroten gemiddelde inkomsten per klant.
-
Inkomstenstromen (Revenue streams): waardepropositie die met succes aan klanten worden aangeboden, resulteren in inkomstenstromen. Het gaat om de manier waarop een organisatie (meer)waarde creëert en levert waarvoor de klant bereid is te betalen, oftewel het verdienmodel. Binnen een businessmodel kunnen twee soorten inkomstenstromen van toepassing zijn: (a) transactie-inkomsten die voortvloeien uit eenmalige klantbetalingen, en/of (b) terugkerende inkomsten die voortvloeien uit aanhoudende betalingen om ofwel een waardepropositie aan klanten te leveren ofwel klantsupport te bieden na aankoop.
-
Key resources: beschrijving van de assets die nodig zijn om te zorgen dat een businessmodel werkt. De key resources maken het mogelijk om een waardepropositie te creëren en te bieden, markten te bereiken, relaties te onderhouden met klantsegmenten en inkomsten te verdienen. Binnen de resources kan onderscheid gemaakt worden in: (a) fysieke middelen (gebouwen, machines, voertuigen, systemen, netwerken), (b) intellectuele middelen (gedeponeerde kennis, auteursrechten, klantendatabases, merken), (c) menselijke middelen, human resources (ervaren wetenschappers, ingenieurs, vakkundige verkoop) en (d) financiële middelen (inkoopmacht, leencapaciteit).
-
Kernactiviteiten (Core capabilities): beschrijving van de belangrijkste activiteiten die een organisatie moet doen om te zorgen dat haar businessmodel werkt, de zgn. kerncompetenties. De kernactiviteiten kunnen worden ingedeeld in vier categorieën: (a) productie: het ontwerpen, maken en leveren van een product, (b) probleemoplossing: aandragen van nieuwe oplossingen voor individuele klantproblemen door dienstenorganisaties, (c) platform/netwerk: binnen businessmodellen met een platform als key resource, overheersen platform- of netwerkgerelateerde kernactiviteiten (bijv. eBay).
-
Key partners (Partner network): sommige activiteiten worden geoutsourcet en sommige resources worden buiten de organisatie ingekocht. De bouwsteen Key partners beschrijft het netwerk van leveranciers en partners dat van invloed is op het succes van het businessmodel. Er kunnen drie redenen zijn om te kiezen voor partnerschap: (a) optimalisering van schaalvoordelen, (b) beperking van risico en onzekerheid, (c) acquisitie van bepaalde resources en activiteiten.
-
Kostenstructuur (Cost structure): de kostenstructuur beschrijft alle kosten die gemaakt worden om een business model te laten werken. Deze kosten kunnen relatief gemakkelijk berekend worden nadat de key resources, kernactiviteiten en key partners zijn gedefinieerd.
Osterwalder c.s. bieden op hun website www.businessmodelgeneration.com de een downloadbare poster met de 9 bouwstenen van een businessmodel.
Bron: Business Model Generatie, Alexander Osterwalder en Yves Pigneur (2009)