In het boek Management van kennis - een creatieve onderneming geeft Jacques Boersma zijn visie op kennis:
Behalve door kennis wordt ons handelen ook bepaald door zaken als sociale en communicatieve vaardigheden, die tot ons gedragsrepertoire worden gerekend. Kennis en gedrag samen bepalen zoals we zullen zien onze competentie of ons vermogen als individu in een bepaalde situatie te handelen.
Informatie
In het gewone taalgebruik wordt informatie gezien als een mededeling of een boodschap van de ene persoon aan de andere persoon of van een nieuwslezer aan radioluisteraars. Zo'n boodschap of mededeling is in een zodanig geordende structuur gebracht, dat de informatie ook overkomt zoals de bedoeling is. Men zegt ook wel dat informatie de abstractie is van een geordende structuur. Zo'n geordende structuur kun je in een talige boodschap tegenkomen, maar ook in een eiwitmolecuul waarin door een bepaalde ordening van atomen chemische informatie aanwezig is. Of in een ordening van data in een archief of database.
In de informatica worden onder data gegevens verstaan waaraan een betekenis is/kan worden toegekend. Gegevens worden in de informatica gezien als de objectief waarneembare neerslag van feiten als naam, adres, woonplaats en sofi-nummer, maar ook van procedures of van opdrachten. En die gegevens kunnen afhankelijk van de persoon en van de situatie als informatie worden gebruikt. Informatie ontstaat door interpretatie en bewerking van gegevens.
(...)
Informatie kan worden ingedeeld in syntactische, semantische en pragmatische informatie. We geven enkele voorbeelden.
Als de speaker in een stadion omroept: "pas op voor zakkenrollers" is dit zowel in syntactisch als semantisch opzicht een correcte boodschap. Grammaticaal is er niets op de mededeling aan te merken. En ook de betekenis van de boodschap is duidelijk. Hoewel er dus syntactisch en semantisch opzicht sprake is van een correcte boodschap is het effect of de uitwerking van de boodschap (de pragmatiek dus) verschillend. De in het stadion aanwezige zakkenrollers zullen als ze de mededeling horen voorzichtiger gaan opereren of misschien zelfs hun activiteiten staken. Het grootste deel van het publiek echter zal door dit bericht beter op zijn kostbaarheden gaan letten, en dat is ook de bedoeling van het bericht.
(...)
Kennis
(...)
Een in Nederland veel gebruikte omschrijving van kennis is afkomstig van Weggeman. Hij omschrijft kennis als - al dan niet bewust - persoonlijk vermogen (K) dat iemand in staat stelteen bepaalde taak uit te voeren. Een vermogen dat het metaforisch product is van de informatie (I), de ervaring (E) en de vaardigheid (V) en de attitude (A) waarover iemand op een bepaald moment beschikt:
K = I * EVA
De informatiecomponent in deze definitie staat voor de geëxpliciteerde kennis, die van invloed is op het kennen en kunnen. De EVA-component staat voor impliciete kennis of stilzwijgende kennis die subjectief gekleurd is door persoonlijke ervaringen (E) als gevoelens, associaties, fantasieën en intuïties. De vaardigheden (V) staan voor ambachtelijke, analytische en communicatieve vaardigheden, ruimtelijk inzicht en dergelijke. De A staat voor attitude, de door waarden en normen ingegeven houding die kenmerkend is voor een persoon in een bepaalde situatie en die zijn manier van waarnemen richt.
(...)
Nonaka en Takeuchi ... komen tot de conclusie dat de meeste theorieën het kennisbegrip zelden expliciet maken. En bovendien [gaat het dan vaak alleen om] bestaande kennis en niet op het creëren van nieuwe kennis. Fundamenteel is volgens de beide auteurs de behoefte aan inzicht in de wijze waarop organisaties nieuwe kennis creëren.
Nonaka en Takeuchi stellen dat kennis (anders dan informatie) te maken heeft met:
- overtuiging en de gebondenheid daaraan. Kennis stoelt op een bepaalde zienswijze, houding of bedoeling;
- handelen. Kennis dient ergens voor;
- betekenis. Kennis is contextspecifiek en relationeel.
Kennis wordt door Nonaka en Takeuchi beschouwd als een:
dynamisch menselijk proces waarin de persoonlijke overtuiging door toetsing tot 'waarheid' wordt.
Dit kennisbegrip is subjectief. Kennis komt volgens de auteurs tot uitdrukking in het menselijk handelen in een bepaalde context. De kracht van de overtuiging of de positie in de organisatie kan hierbij een belangrijke rol spelen. Nonaka en Takeuchi benadrukken het karakter van kennis als 'getoetste overtuiging'.
(...)
Kennis, gedrag en competentie
In navolging van Hoekstra en Van Sluijs definiëren wij het begrip gedragsrepertoire als:
Het beschikbaar hebben van gedrag/houding, aandacht en emotie die vereist of nuttig zijn gegeven de wisselende context of situatie waarin een taak moet worden verricht.
Tot het gedragsrepertoire behoren zaken als vaardigheden om leiding te geven, om te communiceren, te organiseren, te coördineren of te veranderen.
Hoe verhouden kennis en gedragsrepertoire zich tot elkaar? De verwantschap tussen deze twee wordt wel aangegeven als (individuele) competentie. We definiëren dit begrip als het metaforisch product van kennis en gedragsrepertoire:
Competentie = kennis * Gedrag(srepertoire)
Wij bedoelen met competentie "het vermogen hebben om", in het Engels ook wel aangeduid als 'capability'. Dit vermogen is gebaseerd op kennis en bepaalde gedragseigenschappen. In de individuele competentie lopen kennis en gedrag onvermijdelijk door elkaar. De afzonderlijke elementen zijn soms moeilijk van elkaar te onderscheiden. Zo krijg je bijvoorbeeld te maken met verkopers die je op grond van hun gedragsrepertoire verleiden een bepaald product te kopen. Achteraf blijkt dan soms dat je een verkeerde keus hebt gemaakt. Je hebt het gedrag van de verkoper geïnterpreteerd als kennis. Zijn verhaal kwam betrouwbaar over en dat was te danken aan zijn gedrag, maar niet aan zijn kennis.
(...)
Indelingen van kennis
Kennis kan op verschillende manieren worden ingedeeld. We maken in ons onderzoek en adviesw geregeld gebruik van de volgende vier indelingen.
(1) Feitenkennis
We weten allemaal waarschijnlijk wel dat we een rij getallen kunnen karakteriseren door een gemiddelde en een standaardafwijking. Deze kennis wordt aangeduid als feitenkennis of declaratieve kennis ('weten dat').
(2) Procedurele kennis
Naast feitenkennis wordt procedurele kennis onderscheiden. Met procedurele kennis wordt gedoeld op bepaalde handelingen die vaak in een voorgeschreven volgorde uitgevoerd moeten worden om een bepaald doel te bereiken ('weten hoe'). Een eenvoudig voorbeeld van procedurele kennis is de rekenregel die wij onthouden met het ezelsbruggetje: Meneer Van Dalen Wacht op Antwoord. Als bij het rekenen de juiste volgorde (Machtsverheffen, Vermenigvuldigen, Delen, Worteltrekken, Optellen en Aftrekken) van deze regel niet in acht wordt genomen zijn de antwoorden in de meeste gevallen fout. Procedurele kennis kan eenvoudig zijn maar ook zeer ingewikkeld, zoals bijvoorbeeld het geval is bij het maken van roosters aan het begin van een nieuw schooljaar of het roosteren van personeel in ziekenhuizen of de planning van voertuigen in transportbedrijven.
(3) Interpretatieve kennis
Overigens, alleen met procedurele kennis en feitenkennis krijg je zo'n rooster niet klaar. Roosteraars blijken een aantal basisregels te gebruiken en van hieruit gaan ze stap voor stap aan het werk. En bij elke stap beoordelen of interpreteren ze de situatie op haalbaarheid. Ze gebruiken ook interpretatieve kennis. Ze interpreteren een tussenrooster op haalbaarheid waarbij naast feiten en procedures ook allerlei sociaal-psychologische punten een rol spelen. Ze vragen zich bijvoorbeeld af of het verstandig is bepaalde werknemers gezamenlijk in een dienst op te nemen. Dat is ook de reden dat dit soort problemen niet alleen met gebruik van algoritmen en een computer is op te lossen. Zelfs voor computers is de complexiteit van het roostervraagstuk te groot.
(4) Achtergrond kennis
In verband met de beoordeling en verificatie van kennis is achtergrondkennis of metakennis van belang. Deze kennis heeft met name betrekking op het verklaren van redeneerprocessen. Waarom leiden bepaalde handelingen van roostermakers tot een aanvaardbaar rooster? Waarom is de werkwijze van de ene expert beter dan de werkwijze van een andere?
(...)
Expliciete en impliciete kennis ('tacit' of stilzwijgende) kennis
Als actieve kennisdragers zijn mensen in staat kennis toe te passen, te ontwikkelen en te vermeerderen. Mensen zijn zich niet altijd bewust van de kennis die zij gebruiken. Vandaar dat onderscheid gemaakt wordt tussen expliciete en impliciete of stilzwijgende kennis. Expliciete kennis is kennis die in een of andere taal uitgedrukt kan worden. Het is kennis die onder woorden gebracht kan worden en daardoor relatief gemakkelijk kan worden overgedragen. Vroeger leerden mensen op school meer feiten. Zij werden beoordeeld naar de mate waarin deze feiten gereproduceerd konden worden. Expliciete kennis is vaak in een vorm gegoten die we direct kunnen overdragen. We vinden expliciete kennis bijvoorbeeld terug in leerboeken, documentatie en software.
(...)
Impliciete of stilzwijgende ('tacit') kennis is die kennis die in voorkomende gevallen wel wordt toegepast maar niet altijd expliciet te maken is. Alle mensen doen bepaalde handelingen uit gewoonte, op grond van bepaalde ervaringen. Wij weten meer dan we kunnen zeggen. Denk maar aan fietsen. Het leren fietsen valt moeilijk uit te leggen. We leren fietsen in de praktijk, dat wil zeggen met vallen en opstaan en daardoor leren we snel. Impliciete kennis is persoonsgebonden en vaak contextgebonden. In ons kennisbegrip zit veel impliciete kennis in de 'skills', in de wijze waarop bepaalde zaken worden uitgevoerd. Sommige mensen ... hebben voor het in elkaar zetten van een wandkast geen handleiding nodig. Zij voeren de handelingen uit op basis van 'understanding' en van 'skills'. Anderen daarentegen maken gebruik van een handleiding. In die handleiding is de procedurele kennis in de vorm van stappen die achtereenvolgens genomen moeten worden expliciet gemaakt.
Kennisdragers en kennisvormen
Teneinde inzicht te verkrijgen in de in organisaties aanwezige kennis, onderscheiden wij vier kennisvormen die gebaseerd zijn op vier kennisdragers, namelijk:
- menselijke kennis ('humanware')
- gedocumenteerde kennis ('paperware')
- gemechaniseerde kennis ('hardware')
- geautomatiseere kennis ('software')
Bron: Management van kennis - een creatieve onderneming, Jacques Boersma