Ton de Leeuw beschrijft in zijn boek Bedrijfskundig management primair proces, strategie en organisatie wat hij verstaat onder een model:
Een model is een systeem dat (gedurende een tijdsperiode) een afbeelding is van aspecten van een ander systeem, dat in een bepaalde situatie wordt gebruikt en waarvan de gelijkenis juist betrekking heeft op die aspecten die, gezien het gebruiksdoel, relevant zijn.
Modellen binnen en buiten de bedrijfskunde hebben met elkaar gemeen dat het bij uitstek gebruiksartikelen zijn: systemen die genen het gebrulksdoel voldoende lijken op het systeem waarover men kennis wil hebben Deze eigenschap is buiten de bedrijfskunde terug te vinden in modellen landkaarten, maquettes, cartoons, technische tekeningen, prototypes, vliegtuigsimulators, etalagepoppen, enzovoort.
(...)
Modelleringsbeslissingen
Volgend op de beslissingen over de te hanteren zienswijzen moeten concretere beslissingen worden genomen om tot een (of meer) modellen te te komen. Bij de behandeling van de verschillende deelsystemen, ben je al enkele van die beslis-singen tegengekomen, zoals waarvoor het model dient en welke aspecten wor-den beschouwd. Dit zijn zogenaamde modelleringsbeslissingen.
Modelleringsbeslissingen zijn de noodzakelijke beslissingen die men, na te hebben beslist over de representaties, altijd moet nemen om tot een verantwoord model te komen.
In het hele proces zijn zeven modelleringsbeslissingen te onderscheiden:
(1) Doel van het model
(2) Afbakenings- of grensbeslissing
(3) Aggregatieniveaus kiezen
(4) Keuze van deelsystemen
(5) Soort model
(6) Keuze van de modeltaal
(7) Model- en systeemreticulatie
Bron: Bedrijfskundig management primair proces, strategie en organisatie, A.C.J. de Leeuw